Brandalarm voor doven

W&G 01-2011 Bewoners van wooncomplex de IJers in Amsterdam werden 18 december van hun bed gelicht omdat er brand was.
 Ze hadden de sirenes niet gehoord. Bewoner Uittenbogert-Issard: “De brandweer wist niet dat het om een dovencomplex ging.” 

 

“Op onverklaarbare wijze is er op 18 december een auto in de fik gevlogen in een enorme parkeergarage onder een complex met zo’n 70 woningen”, vertelt Chris Westrus, huismeester van dit wooncomplex in Amsterdam IJburg. Een deel van de woningen hoort bij de IJers, een bewonersvereniging van ouderen, die doof of slechthorend zijn. Westrus werkte daar de afgelopen drie jaar als huismeester. “Ik ben op 1 januari gestopt omdat ik in een andere wijk ging werken. Mijn laatste klus was gelijk de meest heftige”, vertelt hij.

Westrus sliep uit op die bewuste zaterdagochtend. “Ik ben een nieuwsjunk en kroop direct nadat ik wakker werd achter de computer. Ik ontdekte dat er een fikse brand was ontstaan in de parkeergarage van een complex dat ik beheer en ben meteen in de auto gesprongen.” Toen Westrus arriveerde, rond 12.00 uur, was het calamiteitenplan allang in gang gezet en waren de bewoners inmiddels geëvacueerd. “Verschillende bewoners uit het dovencomplex waren op brute wijze uit hun woning gehaald, daar schrok ik wel van.”

Bewoonster Riet Uittenbogert- Issard zag dit gebeuren bij haar buurvrouw. “Mijn dove buurvrouw sliep en werd wakker geschud door een brandweerman. De brandweer wist niet dat het om een dovencomplex ging. De man bonsde op haar voordeur totdat ik hem liet weten dat dat geen effect had omdat zij doof is. Met een soort koevoet heeft hij haar voordeur kapotgeslagen. Zij is zich rot  geschrokken.” Uittenbogert-Issard had het geluk dat haar man ’s ochtends vroeg dorst had en een glaasje water ging halen. Hij zag een buurvrouw in pyjama gebaren dat er brand was. “Mijn man schudde me wakker en liet me weten wat er aan de hand was. Ik dacht dat het een grap was, ik keek namelijk naar het brandalarm en dat flitste niet. Maar buiten zag ik vreselijk veel brandweer en politiewagens dus er was geen twijfel mogelijk.”

tabel kamervragenVolgens Stichting Signaal, het samenwerkingsverband van de zeven landelijke belangenorganisaties voor doven en slechthorenden,  zijn dove en slecht- horende burgers vaak veel later op de hoogte van een calamiteit. Dit kwam naar voren uit een onder- zoek dat de stichting deed naar aanleiding van de ramp bij het chemiebedrijf in Moerdijk begin januari, waar veel giftige stoffen vrijkwamen. “Terwijl de goedhorende bevolking in de regio binnen bleef en de ramen en deuren sloot, gingen de meeste doven en slechthorenden nietsvermoedend door met hun bezigheden”, vertelt Isabelle Smessaert, projectleider van Signaal. “Dove mensen worden vaak gealarmeerd door een toevalligheid, niet door de overheid en dat vinden wij stuitend.”

Uit deze enquête  van Signaal bleek dat zeventig procent van de doelgroep later geïnformeerd was dan de horende bevolking. Een zesde van de dove en slechthorende burgers wist meer dan twee uur later dan de rest van de bevolking nog steeds niet dat zij mogelijk gevaar liepen. “We hebben zelfs iemand gesproken die in de tuin aan het werk was en ’s avonds op het journaal pas zag wat er aan de hand was”, vertelt ze.

Chris Westrus vindt dat zowel het calamiteitenplan als de rookmelders in het wooncomplex uitstekend hebben gefunctioneerd. “Als je op de vierde verdieping woont en er breekt brand uit in de kelder, dan gaat je alarm niet vanzelfsprekend af. En daar is gewoon geen oplossing voor.” Officier van Dienst van de brandweer Amsterdam- Amstelland, Alex van Schaik, bevestigt dit. “Een alarm gaat pas af als er rook is en dat was waarschijnlijk niet in alle woningen het geval.”

Huismeester Westrus vraagt zich door deze brand wel af hoe ver je als coöperatie moet gaan. “Moeten we alle dove bewoners vragen een alarm om hun nek te hangen dat gekoppeld is aan de voordeurbel? Of een trilapparaat aan laten schaffen die gelinkt is aan een rookmelder? Ik weet het niet.” Een van de bewoners van wooncomplex de IJers, Bert van Reemst, beschikt over een trilalarmsysteem dat gelukkig wel alarm sloeg op die bewuste zaterdagochtend. “Dit alarm ligt onder mijn kussen. Toen het begon te trillen heb ik me heel snel aangekleed en ben ik via de nooduitgang naar beneden gegaan.” Afgelopen zomer stuurde huismeester Westrus een brief rond over dergelijke brandmelders. “Daarin stond dat er in 2006 een gerechtelijke uitspraak is gedaan die stelt dat rookmelders voor doven en slechthorenden moeten worden vergoed door de zorgverzekeraar. Deze mensen hebben recht op een brandmelder met licht- en trilsignalen, maar dat moeten ze wel zelf regelen en aanvragen.” Maar wat had Van Schaik, Officier van Dienst tijdens de brand op IJburg, gedaan als hij van te voren geweten had dat het om een wooncomplex met dove mensen ging? “Ik kwam er via de bevelvoerder vrij snel achter dat er een groep doven en slechthorenden woonden en hebsteeds een verhoogde concentratie koolmonoxide.”

De rookontwikkeling in de parkeergarage was enorm omdat er drie voertuigen in brand stonden. “Door de rook konden we nauwelijks bij de brand komen. Voordat de brand werd geblust heb ik besloten om alle woningen zo snel mogelijk te ontruimen”, vertelt Van Schaik. De bewoners van de IJers werden ondergebracht in een hotel. “Ons streven was om ervoor te zorgen dat ze voor de kerst weer naar huis konden, en dat is gelukt”, vertelt Westrus blij. De bewoners moesten elders verblijven omdat de woningen geen water, verwarming en elektriciteit hadden. “Tegen het plafond van de parkeergarage zaten alle belangrijke leidingen, alle nutsvoorzieningen waren hierdoor uitgeschakeld. We hebben eindeloos rond gebeld om te regelen dat dit snel gemaakt zou worden. Geen gemakkelijke klus, rond de kerst is half Nederland vrij.”

cell broadcasting 2

Ondanks de schrik van de brand vindt Van Reemst dat er goed voor de bewoners is gezorgd.“ Terwijl de brandweermannen bezig waren met blussen, werden wij overgebracht naar sporthal Zeeburg om te ontbijten. Onze vaste doventolk kwam daar ook naartoe om voor ons te tolken. In de late middag zijn we onder begeleiding naar huis gegaan onze koffers te pakken, de bus bracht ons daarna naar het Bastion Hotel.” Op 22 december mochten alle bewoners van de IJers weer naar huis. “Binnenkort worden alle beschadigde deuren vervangen. Verder wachten we op een uitnodiging van de woningbouwvereniging om gezamenlijk over het alarmsysteem en de veiligheid van het appartementencomplex te kunnen praten. Belangrijk om dat te evalueren en te kijken of we het kunnen verbeteren”, vindt van Reemst.

Door: Veerle Snijders
Fotografie: Johannes Abeling