W&G 03-2012 Fez is de mooiste stad van Marokko. In ieder geval mooier dan Marrakech en Casablanca en Essouira.
Ik kende Marokko al een beetje, omdat ik er met mijn ouders was. Deze keer ging ik met mijn dove Duitse vriendin en vloog naar Fez. We kwamen ’s avonds aan en vonden dankzij de Lonely Planetgids snel een hotelletje in de stad. De volgende dag gingen we op pad. Fez ligt in een bergkom en een man vroeg ons mee omhoog naar het platte dak van een huis om te genieten van het uitzicht op de stad. Dat deden we en we maakten hem duidelijk dat we doof zijn. Direct bracht hij ons in contact met een dove gesluierde vrouw en haar horende gebarende zoontje (4 of 5). Het kind werd onze gids. Hij klom met ons steeds hoger tot we een magnifiek uitzicht hadden. Daarna leidde hij ons door nauwe straatjes naar de Souk (overdekte markt).
We volgden hem een ladder op en zagen daar twee mannen aan het werk om een tapijt te knopen. Een van hen was ook doof. We werden hartelijk verwelkomd en de dove man stond al snel op om ons verder te begeleiden. Hij liet ons veel dingen zien en bracht ons naar andere tapijtwevers. We mochten zelf ook even proberen om een tapijt te weven en ze lieten ons Marokkaanse kleren passen. Even later zaten we in een klein café met nog een paar dove mensen. De doventamtam werkte goed. ’s Avonds gingen we naar een dovenclubhuis. Er hing daar een poster van het WFD aan de muur en we voelden ons er thuis. De volgende dag stond er weer een dove gids voor ons klaar, die ons liet zien hoe een badhuis wordt verwarmd met zaagsel. We gingen heel diep de stad in en kwamen op plekken waar je als toerist nooit komt. Veel beter dan Lonely planet!
Natuurlijk zijn er verschillen in gebaren, maar toch ging de communicatie vlot dankzij ons visuele taalvermogen. De internationale dovengemeenschap bestaat echt en heeft veel voordelen. Dat heb ik ook op een ander manier gemerkt. Ik had met mijn vriendin afgesproken in Stockholm maar helaas miste ik het vliegtuig. Ik zag het nog net opstijgen van het vliegveld in Eindhoven en ik baalde. Bij een infodesk werd ik niks wijzer van een te snel sprekende, weinig inlevende vrouw. Dus zocht ik een computer en zag dat er de volgende ochtend pas weer een vliegtuig vertrok vanuit Brussel. Die heb ik toen maar geboekt. Vervolgens nam ik de trein naar Brussel en stuurde via mijn telefoon berichten uit naar een aantal vrienden, waarvan ik vermoedde dat ze doven kenden in Brussel. In Roosendaal stapte ik uit en wachtte op antwoord. En ja hoor, ik kreeg een paar adressen en telefoonnummers. In de trein sms-de ik aan de Belgische doven om een slaapplaats, zodat ik kon slapen voordat ik de volgende dag het vliegtuig zou nemen. Wat blijkt? Er is een groot dovenfeest in Brussel juist deze avond! Timo haalde me op en we sliepen samen bij een dove familie in de stad. Timo kende ik al van het Europees dovenkamp in Zwitserland. Het feest was geweldig leuk. Er waren wel honderd mensen en in de kelder was een knus jongerencafé. Daar ontmoette ik nog een bekende, een Finse vrouw die ik leerde kennen omdat zij dezelfde opleiding heeft gevolgd in Denemarken (Frontrunners). Ze liep stage daar in Brussel. Toen ik de volgende ochtend om 8 uur het vliegtuig instapte was ik echt blij dat ik het vorige vliegtuig miste. Wat een leuke avond had me dat opgeleverd. Deel uitmaken van een dove internationale gemeenschap is echt een voordeel als je veel wil reizen. De internationale contacten maken je wereld groter.